Het was in het voorjaar van 2009 dat ik op de Tefaf bij de Belgische galerie Denys een grote zilveren schaal aantrof die gemaakt was door een IJslandse zilversmid. Op een klein detail na was deze schaal qua maat en uitvoering identiek aan mijn vele jaren eerder ontworpen “Hoed”. Natuurlijk vond ik dat even niet prettig, maar wetende dat voor het maken van een dergelijke schaal een gedegen vakmanschap nodig is nam ik meteen mijn petje voor hem af.
Ook zien we zo nu en dan hoe bepaalde thema’s, al of niet onbedoeld, over springen van collega op collega. Zo maakte ik in de jaren ’90 kannen als mensgestalten die ik “keuvelende kannen” noemde. Jaren later kregen deze een prachtige “opvolging” met vergelijkbare expressie door collega zilversmeden. Inmiddels zou er een complete tentoonstelling aan kunnen worden gewijd “Gestalten in de zilverkunst”.
Als we kijken naar het fenomeen van “namaak” in ons vak, speelt er iets dat mijn collega’s en mij echt onrustig zou moeten maken. Lange tijd kon ik me als ontwerpend en uitvoerend zilversmid in de geruststelling koesteren, dat mijn ontwerpen niet zomaar zonder dezelfde inspanningen en vakmanschap konden worden nagemaakt. Maar geldt dat nog steeds in deze tijd met verbluffende technische ontwikkelingen?
Niet zo lang geleden was ik in Tiffany’s in New York. In een hoek van de winkel stonden veel Alessi producten, waaronder een vaas met op het prijsbordje: “Ontworpen door Zaha Hadid” (de bekende architecte). Die vaas had wel erg veel weg van een vaas die ik ontworpen had in 2003! Ik was deze keer onaangenaam verrast. Ik vond het niet prettig te merken dat een architect zich met, in dit geval, een product op mijn gebied begaf met n.b. een ontwerp dat ik als mijn artistiek eigendom rekende. Maar ja, de wereld is groot, er zijn vele creatieve geesten, en er is internet waarbij men makkelijk bij elkaar in de keuken kan kijken. Vormgeving en vondsten hangen soms ook in de lucht, dus vooruit. Maar de Alessi vaas was niet van zilver, maar van roestvrij staal, een machinaal product! In dit specifieke geval is redelijk te overzien hoe de vaas machinaal te produceren valt. Maar hoe zit het met andersoortig werk? Tot mijn stomme verbazing zag ik bijv. in de winkel van het Deense bedrijf Jensen een roestvrijstalen kopie staan van hun eigen beroemde zilveren wijnkan. Een prachtig staaltje vakmanschap van de daar in de jaren ’70 werkende zilversmid. Ik had er geen moment rekening mee gehouden dat een dergelijke kan in die vormgeving zomaar in rvs via de machinale productie kon worden vervaardigd. Later sprak ik erover met de Deense zilversmid Allan Scharff, die vele jaren bij de fa. Jensen in dienstverband werkte. Hij vertelde dat recentelijk ook een paar van zijn ontwerpen in opdracht van de Fa. Jensen in China via industriële productie in rvs worden uitgevoerd.
Ik kan voorlopig nog niet aan het idee wennen van de waarschijnlijkheid dat mijn ontwerpen in de tijd van mijn achterkleinkinderen als roestvrij stalen massaproducten worden verhandeld onder de middenklasse van bijv. de welvarende Chinese samenleving, met op het prijsbordje de vermelding: rvs, naar ontwerp van de zilversmid Jan van Nouhuys uit het “verre” Westen en uit de vorige eeuw!
JvN